Lekker drukke tijden!
De voorbije tijd was ik hard op zoek naar gastauteurs voor Out Of This World, de website voor SF/F/H en (ruimte)wetenschap. Het gaat vlot. We hebben intussen voor meer dan de helft van de zomer verhalen binnengekregen. Maar er mogen zeker nog verhalen bij! Ideaal zou zijn als we verhalen kunnen inplannen voor de hele zomer (juli-augustus, 9 weken of 18 verhalen). Ik wil iedereen bedanken die al een verhaal instuurde. We (Frank Beckers, Patrick Van de Wiele en ik) plaatsen nu telkens op dinsdag en vrijdag een verhaal. We hopen dat publicatietempo te kunnen aanhouden de komende maanden. Wij vinden het belangrijk dat auteurs een platform krijgen voor hun verhalen. Frank en Patrick blijven natuurlijk intussen nieuws en recensies posten. En ik zou graag een interviewsectie beginnen op OOTW in de loop van de zomer. Leuk voor auteurs, leuk voor lezers. En een 'auteur van de maand'. Onze website : outofthisworld.nl (ook nog bereikbaar via ootw-magazine.weebly.com) Bedankt, Frans van der Eem, voor de kortere url! En voor je goede raad over wat we aan de website kunnen verbeteren! Ook Guido Eekhaut en Deborah van Duin bezorgden ons heel waardevolle tips. Dank je! Een overzicht van alle reeds op OOTW verschenen korte verhalen vinden jullie hier : https://sfcafeleuven.jouwweb.nl/archief-2/verhalen Verder is het vooral heel druk met de bundels die ik samenstel. De spookverhalenbundel ('Bang van spoken?') loopt lekker met intussen 16 ingeleverde verhalen en 24 bevestigde auteurs. Ik lees met plezier alle verhalen na en redigeer (een klein beetje) waar nodig. De uitgever, Johnny Bekaert, en ik bekeken deze week al mogelijke covers. Bruno Lowagie maakte al een voorbeeld van hoe het eBoek er kan uitzien. Johnny en Bruno zijn een enorme hulp bij het samenstellen van de bundel. Mijn eigen werk in de bundel (een verhaal en binnenkort een inleiding) laat ik trouwens redigeren door Natascha van Limpt. De line up is als volgt : Bruno Lowagie, Filip P.G. Camerman, Frank Beckers, Frank Roger, Peter De Backer, Charles van Wettum, Johan Klein Haneveld, Pen Stewart, Patrick Van de Wiele, Frans van der Eem, Mike Jansen, Laura Scheepers, Morgan Blade, M.G. Crow, Katrien Ricart, Luc Geraert, Tim Therry, Jaap Boekestein, Tais Teng, Isabelle Plomteux, Karel Smolders, Liesbeth Jochemsen, Dimitri Balcaen en ikzelf. Ik zorg daarnaast voor een inleiding (de geschiedenis van het spookverhaal). Daarnaast startte ik een 'Alice In Wonderland'-bundel op. Publicatiedoel 2025. Ik zoek nog een uitgever de komende tijd. Geïnteresseerden mogen zich melden. Bevestigde auteurs zijn : M.G. Crow, Ellen Kusters, Charles van Wettum, Johan Klein Haneveld, Anna Mattaar, Mathias Maho, Alexander Olbrechts, Natascha van Limpt, Liesbeth Jochemsen, Laura Scheepers, Marleen Oosterbaan, Pam Hage, Frans van der Eem, Rebecca Palmas, Anna Lopez Dekker, Heleen van den Hooven, Kirstin Rozema, Mike Jansen, Tais Teng, Aysline McGrath, Ralph Mulder, Cecile Koops, Jasper Polane, Hanneke Simons, Pen Stewart en Nel Goudriaan. Nog twee andere steengoede auteurs kijken of ze zullen deelnemen. Ze zijn van harte welkom! Een heel mooie en gevarieerde line up dus. Ik ben heel trots te mogen samenwerken met zoveel getalenteerde mensen voor de twee bundels. Verder verzorgde ik in Vlaanderen wat de coördinatie van de Piet Apol-bundel, een idee van Rob Geukens. Ik contacteerde verschillende auteurs om te zien wie interesse had om een verhaal in de trent van deze vergeten Nederlandse auteur (gestorven in 1957) te schrijven. Apol schreef verbeeldingsliteratuur die met momenten naar het absurde neigde. Ook Nederlandse auteurs werken mee aan de bundel. Johan Klein Haneveld bijvoorbeeld. Ik wil zelf nog een verhaal schrijven voor die bundel, maar dat gebeurt pas deze zomer. Vorige week hield ik een lezing en een mini-workshop voor een groep creatief schrijven in Gent. Dat was heel aangenaam. Eerst ongeveer twee uren gesproken over Nederlandstalige fantastiek (van Gent over Vlaanderen naar Nederland). Daarna een workshop over spookverhalen. Leuk! Dank je, Jeroen Theunissen, voor de uitnodiging. Daarnaast blijf ik natuurlijk promotie voeren voor In Tenebris, het nieuwe tijdschrift voor Vlaamse fantastiek. Het eerste nummer (met als thema 'de Gentse fantastiek') verscheen begin mei, met een sfeervolle presentatie in de stadswinkel onder het Gentse belfort. Intussen zijn we anderhalve maand verder. Wat gaat het snel! Heel leuk voor In Tenebris is dat ik de kans krijg om de auteurs te interviewen die aan het eerste nummer meewerkten. Dit is het FB-profiel van In Tenebris : https://www.facebook.com/profile.php?id=100092365042967 Wil je een exemplaar? Dat kan via een mailtje naar [email protected] Ook te bestellen via Standaard Boekhandel (ongeveer 3 weken wachttijd) of door een bezoekje aan striphandel De Poort in Gent. Het schrijven staat door al die drukte momenteel op een laag pitje. Mijn laatste wapenfeiten zijn een verhaal voor Ganymedes 23 (duimen maar) en Waterloper (idem). Daarnaast schreef ik nog een humoristisch verhaal genaamd 'Een Auteur spreek' ('Auteur' met hoofdletter!) Het is meer een korte schets. Ik stuurde het in naar Portulaan. Afwachten maar. Oh ja, ik schreef ook een recensie van Charles van Wettums bundel 'Het zal anders' voor het volgende nummer van Fantastische Vertellingen. ik zou graag hetzelfde doen voor 'De laatste detective' van Johan Klein Haneveld. Twee boeken die ik met veel plezier las. Ik heb wel veel losse notities verzameld voor andere verhalen de voorbije tijd, maar eigenlijk zou ik een week al mijn andere bezigheden moeten stopzetten om gewoon eens lekker door te schrijven. En boeken te lezen! Deze zomer kijk ik onder andere uit naar het lezen en recenseren van Frank van Dongens trilogie 'De ontdekking van de mens' en van de 'Interplanetair'-trilogie van Johanna Lime. Daarnaast heb ik nog zeker dertig andere boeken liggen die smeken om gelezen te worden. In juni en juli doe ik overigens ook jurering voor een verhalenwedstrijd. Het is een voorrecht om zoveel mooie verhalen te kunnen lezen. Tot gauw! Een hartelijke groet uit Vreemde Oorden Finn
2 Opmerkingen
[Ik zond mijn wedstrijdverhaal voor Big Bang Kort Leuven, 'Li Han is having a bad day', in voor EdgeZero. Een mooie gelegenheid om het verhaal nog eens te posten.]
Knaldrang! Li Hans ruimteschip schoot met een rotvaart naar Confucius bis. Na eindeloze maanden in de Overseer keek Li uit naar wat ontspanning op een toeristisch plekje. Waar was je tegenwoordig nog veilig voor doemdenken? Als je hele werkdag bestond uit het monitoren van rampen die op het punt stonden te gebeuren, kon je wel wat afleiding gebruiken. Steeds maar die Derde Knal afwachten, ze kreeg er een punthoofd van. Bij de grote god Kongzi, ze mocht vooral niet aan de job denken nu. Langzaam schudde Li haar hoofd en masseerde ze haar nek. Nee, rusten moest ze… Ze maakte zich op voor heerlijk lang dobberen in de hete maar gezonde zwavelbaden, zwemmen in de Vesuviuspoel en heel wat dampsessies in een van de geurige kruidenkamers. ‘Confucius bis: waar vergeten een must is.’ Zo luidde de slogan die elk uur op de ticker onderaan een van de vele schermen op het controlepaneel van Li’s werkplek de Overseer verscheen. Want één ding was zeker. Daar waar de catastrofe lonkte, was reclame alomtegenwoordig. Exotische bestemmingen zoals Confucius bis boden bezorgde mensen een tijdelijke uitweg. Vele onderzoeksteams hadden research gedaan naar wat toerisme in tijden van algeheel onbehagen betekende. En vooral hoe het Regime dat toerisme kon gebruiken om de interplanetaire bevolking, dat miserabele hoopje mensheid, in het gareel te houden. Waar de grote god Kongzi niet kon baten, bood de wetenschap een oplossing. Wie weet was dit wel het ultieme antwoord van een bang volk: religie en wetenschap gingen hand in hand. Het Regime maakte dankbaar gebruik van deze Twee Paden om aan de macht te blijven. Maar genoeg nagedacht! Dit was net waar het niet om draaide, wist Li. Elke gedachte moest geband worden de komende tijd. Om helemaal opgeladen op de Overseer te verschijnen en daar snel te kunnen reageren op wat de Kosmos allemaal op haar afvuurde, was complete ontspanning een must. Confucius bis was zo’n plek die speciaal voor dit doel gecreëerd was. Je baadde er, je zwom er en je snoof je helemaal suf. Media waren er verboden. Geen nieuws uit de boze buitenwereld! Het ging zelfs zover dat er op Confucius bis een strikt communicatieverbod gold. Sinds de vorige Grote Knal - the big number two die iedereen had getraumatiseerd - werden praten en schrijven sterk ontmoedigd buiten de werkuren. Communicatie moest vooral functioneel zijn. Dat paste goed in de plannen van het Regime. Steeds meer plekken werden communicatievrij. Slimme marketing afficheerde verdwazende oorden zoals Confucius bis als heilzaam. Li had er vroeger het hare van gedacht. Kritisch denken was de aard van het beestje. Maar de laatste tijd had het eentonige werk op de Overseer haar zo afgestompt dat ze open stond voor totale rust. Fysieke rust, mentale rust. Gewoon. Niet. Denken. Niet. Praten. Enkel. Zijn. Want hoe kon je je anders als nietige mens opstellen tegenover de onverschillige Kosmos? Dit was geen gastvrije omgeving. Levende wezens waren een toevallige samenloop van omstandigheden. Enkel de grote god Kongzi verzachtte de droeve levensloop in een Kosmos waarin tegenslag na tegenslag al wat ademde uitputte. Tot alleen nog de mens was overgebleven. Waar waren de paarden, de otters, de kikkers, de insecten? Weggevaagd door de vorige Grote Knal. Enkel de mensheid was hier achtergebleven. De leer van Kongzi stelde dat al wat hier verdween, weggeslingerd was naar een betere plek, sterrenstelsels die onbereikbaar waren voor de mensheid. Hoe zouden de dieren het ginds met elkaar vinden, zo zonder hun vroegere meesters? Nee, dit lukte echt niet. Li bleef maar nadenken terwijl ze Confucius bis steeds groter zag worden op haar controlepaneel. Ze trok haar handschoenen aan en klopte het deksel van het noodcompartiment aan diggelen. Daar lag de injectienaald die verlossing bood bij plotse angstaanvallen. Het Regime verbood een regelmatig gebruik van de naald omdat ze de levensduur van de gebruiker aanzienlijk inkortte. Hoogstens eenmaal per maand mocht je jezelf injecteren. Een flinke hoop credits ging dan van je rekening. Gelukkig had Li op haar lange omvaart in de Overseer een boel credits bijeengespaard. Het was niet alsof er aan boord tijd voor ontspanning was. Bij de astronomisch hoge rekening van haar verblijf op Confucius bis vielen de kosten van deze injectie in het niet. Een slaperig gevoel maakte zich van Li meester. De vloeistof had vrijwel meteen effect. Li merkte nauwelijks hoe het ruimteschip de dampkring penetreerde en na korte tijd zachtjes landde in een pastoraal landschap. Natuur was een luxe waarvoor vermoeide techneuten graag betaalden. Bezoekers wilden waar voor hun geld, dus al bij de landing moest het paradijs binnen handbereik liggen. Li daalde met onzekere tred de ladder af. Ze ademde diep in. Zachte lucht met een vleugje lavendel vulde haar longen. Dat deed deugd! Nog aangenaam suf van de injectie haalde ze haar omnikaart boven om aan de terminal haar identiteit te bevestigen. Een AI-stem heette haar welkom. Ze moest zich bedwingen om niet te antwoorden. Praten was het privilege van machines op Confucius bis. Hier waren alleen gasten, er was geen menselijk personeel. Li slenterde naar het eerste gebouw dat ze zag. Voor een verkenning van de omgeving had ze geen energie. De grote poort van het gebouw ging automatisch open en toonde haar een kruidenkamer. Tijd voor haar eerste snuifsessie. De walmen van bijzondere kruiden als Herba Callistinensis en Herba Deimosis brachten Li al snel tot een extase die ze veel te lang had moeten missen. Na drie dagen had Li nog geen andere gasten ontmoet. Vreemd. Maar wel net zo handig want Li vermoedde dat ze het praten moeilijk had kunnen laten. Zei je twee zinnen, dan trok de AI je omnipas in. Daar stond je dan terug op je landingsplek naast het resort, vele credits armer en met een zee van tijd die zich niet liet vullen. In dat geval moest je het stellen met de noodmaaltijden in je schip. Dagenlang, soms zelfs wekenlang moest je dezelfde kost kauwen. Voortijdig vertrekken was verboden zolang je boeking liep. Ja, streng was het Regime wel. Enkel een harde hand kon de bevolking geruststellen. Niets van dat alles zou Li hier meemaken. Nog geen woord had ze gezegd. Li had gevreesd veel te zullen nadenken, maar na de injectie viel dat reuze mee. En hoe intenser haar snuifsessies in de kruidenkamer werden, des te kalmer voelde Li zich. Na de zesde sessie was ze zo ontspannen dat het gloeiend hete zwavelbad waarin ze dobberde haar lichaamstemperatuur maar met een luttel graadje verhoogde. Slaperig keek Li over de rand van het zwavelbad terwijl haar voeten zachtjes heen en weer wiegden in de hete brij. In de verte, bij een troepje kunstbomen, doemde een figuur op. Gisteren nog zou Li zich meteen uit de poel hebben gehesen, maar nu ging ze even kopje onder en nam ze de tijd om deze nieuwe ervaring rustig in zich op te nemen. Na een poos dreven haar glinsterende haarslierten naar het oppervlak. Kalmpjes kwamen haar parelende voorhoofd, haar grijze ogen en haar bevallige neus boven water. Pas toen ze opkeek, merkte Li dat een rode regen op haar viel. Naast het bad stond de onbekende figuur, die naar de hemel wees. Het was een man! Hoelang was dat niet geleden. Op de Overseer werkten enkel vrouwen. Ze zag dat hij gewond was. Hij keek haar aan en begon hees te stamelen. ‘De Derde Knal is begonnen! Ze stuurden me om de gasten te evacueren. Haast je uit het zwavelbad.’ Zijn woorden drongen niet tot haar door. Ze registreerde enkel dat hij sprak. Bliksemsnel stuurde de AI drones op de bloedende man af. Ze tilden hem zonder pardon op en voerden hem weg naar de uitgang. Een aanzwellend geraas vulde intussen de hemel. Boven de lage muur van het resort zag Li naast haar schip nu de spitse neus van een ander exemplaar staan. Het was zwartgeblakerd. Dat moest het ruimtetuig van de onbekende zijn. Toen ze haar ogen dichtkneep, zag ze nog net hoe de man de ladder van haar schip beklom. Hij wenkte haar, maar hij was zo ver weg. Hij opende het luik en stapte in. He, haar schip! Plots voelde Li zich helemaal niet meer zo ontspannen. Een gevoel van rampspoed overviel haar. Li’s lichaam ging in de hoogste staat van paraatheid. Met een schok trok ze zich op uit het zwavelbad. Hijgend zette ze het op een lopen. Ze zag hoe de man voorover viel op het controlepaneel van haar schip en het zo in gang zette. Li keek het schip na en slikte. De AI moest dan maar contact opnemen met de Overseer voor transport. De onbekende man moest een hoge graad hebben, dacht ze terwijl ze rechtsomkeer maakte. Je kon jezelf niet zomaar toegang verschaffen tot eender wiens schip. Daarvoor had je codes nodig. Maar nog voor ze kon raden welke graad de gewonde man had, echoden zijn angstaanjagende woorden door haar hoofd. De Derde Knal? Bij de grote god Kongzi, nee! Hadden Li en haar collega’s het ontstaan van die Knal niet wekenlang gemonitord op de Overseer? Proef na proef, observatie na observatie. In shifts hadden ze de voorspelde locatie van de Knal de klok rond in de gaten gehouden. Toen Li de Overseer verliet, leek alles nog onder controle. Toegegeven, het personeel was vermoeid door het eentonige werk. Verveling was een sluipend gevaar. Maar uit alle rapporten bleek dat de Derde Knal zich pas in een beginstadium bevond. De wetenschappers van het Regime waren er tijdig bij. Nooit zou het laatste ras weggeslingerd worden. Maar toen Li de hemel boven zich zag betrekken, was ze daar niet meer zo zeker van. Terwijl brokstukken naar beneden vielen, liep Li de kruidenkamer in. Ze zoog de geurige lucht tot in het diepste van haar vezels op en wachtte stilletjes het grote niets af. Hallo!
Na drie maanden pauze schrijf ik opnieuw volop. Ik stuurde verhalen in voor EdgeZero, voor Ganymedes 23 en voor Waterloper. Ik bezorgde ook het tijdschrift Portulaan een verhaal. Ik wacht nog op nieuws van het tijdschrift. Daarnaast schreef ik een recensie voor Fantastische Vertellingen 67. (Dit nummer is nog niet uitgebracht.) Ik schrijf momenteel drie verhalen. Ik wil ook nog een verhaal schrijven voor Wonderwaan (deadline 30/6). Wonderwaan heeft dit jaar een heel leuk thema : macht. Daar kan ik zeker iets leuks mee aanvangen. Intussen doe ik ook wat redactiewerk tussendoor voor andere auteurs. En ik verzorg de FB-pagina en de communicatie met recensenten en media voor In Tenebris, het nieuwe tijdschrift voor Vlaamse fantastiek. Daarnaast ben ik momenteel aan de slag als jurylid voor een literaire wedstrijd. Het is dus aardig druk. Ik hoop binnenkort een nieuw verhaal op deze site te plaatsen, een verhaal dat dus niet ingezonden wordt voor een wedstrijd of naar een magazine. Plannen voor de zomer : * kort verhaal van een bevriende auteur vertalen naar het Interlingua, een kunsttaal. (Ik lees me momenteel in de taal in.) * redactie van de verhalen die al op de site staan, met het oog op een eigen bundel in 2024 * voorbereiding van een themabundel met andere auteurs (spookverhalen), wie weet in 2024 * verhalen schrijven voor de Harland Awards (deadline oktober) en Fantascifi (deadline 31/10) en voor de themabundel Vuurspuwers (Godijn, 1/12) * verhaal schrijven voor HSF, SF-Terra en/of Fantastische Vertellingen De nadruk ligt dus meer op publicaties in print. Maar ook op de website komen nieuwe verhalen. Veel groeten Finn |
AuteurFinn Audenaert rapporteert uit randgebieden van Archives
Februari 2024
Categories |