'Hoeveel uitsteeksels bezit de gemiddelde dwaler?’
‘De *dwaler* bezit over het algemeen vier grote uitsteeksels en een twintigtal kleinere.’ ‘Zijn alle uitsteeksels in de ondergrond verzonken?’ ‘Neen, de *dwaler* gebruikt twee grote uitsteeksels om zich voort te bewegen.’ [...] ‘Heeft u nog een zoekopdracht?’ [luid geloei] ‘Uw uitroep van [middellang ratelgeluid] ongeloof staat genoteerd in onze databank. Blij u van dienst te kunnen zijn. Wij zijn binnen elke tijdlijn bereikbaar.’ -------------------------------------------------------------------------------- ‘Definieer het begrip [gebliep] *voedsel*.’ ‘*Voedsel* is brandstof voor het lichaam.’ ‘Definieer het begrip [gebliep] *lichaam*.’ ‘*Lichaam* is de veruitwendiging van de levensvorm.’ ‘Definieer het begrip [gebliep] *uiterlijk*.’ ‘*Uiterlijk* is wat men zintuiglijk kan waarnemen. Voelen. Zien.’ ‘Definieer het begrip [gebliep] *voelen*.’ ‘Excuseert u mij, ik moet u helaas even in wacht zetten. We krijgen een dringende oproep binnen van een stelsel in hoge nood.’ --------------------------------------------------------------------------------- ‘Gnork gnork. AARDVROUW!’ ‘Gelieve uw zoekopdracht als bevel of vraag op te geven.’ ‘AARDVROUW OPWINDENDE STEM! Gnork gnork.’ ‘Ik schakel u even door naar een mannelijke collega.’ ‘Gnor…’ [klik] * Het was me weer het avondje bij KosmOnthaal, afdeling Terra, dacht Lina. Ze had er flink genoeg van. Eerst maar eens een bakje virtufriet gaan prikken om de hoek. ‘Sjonny, zet je even de chatbot op, module 'vriendelijk-vrouwelijk'? Zet de serieuze vragen in wacht. Over twintig minuutjes ben ik wel terug.’ Sjonny keek bedenkelijk. Duidelijk uit het verkeerde hout gesneden, die Lina. Niet de ruggengraat van een echte vrijwilliger. Hij moest maar eens kijken of z’n telemaatje via artikel 52 KosmOnthaal was binnengerold. Tsss, laat het maar aan de Partij over om een werkontkenner zo de volfunctionele maatschappij weer in te duwen. Vrijwilligeren bij de overheid of een weinig benijdenswaardige pioniersfunctie in HD1, zo dicht bij de rand van het heelal dat je er bijna middeleeuwgewijs afviel. Je kon het nauwelijks een keuze noemen, vond Sjonny. Lina zwaaide even opzichtig met haar krullen. Die hele Johnny kon haar rug op. Figuurlijk dan. Met zijn domme blikken. Alsof ze niet zag dat ie haar de hele tijd zat aan te staren als ie net even geen oproep kreeg. Hoe kwam het trouwens dat zij zoveel oproepen moest beantwoorden? Soms zag ze hem gewoon online schaken! Hehe, gelukkig verloor hij meestal. Natuurlijk omdat hij meer naar haar keek dan naar het bord. Wat een sul. * ‘Ha, die Lina! Fris en vrolijk als altijd. Kleintje met mayo, twee frikadellen? Blikje heroïne dabei?’ Jezus, wat zat het tegen met de mannen in dit deel van de stad. In de hele stad, eigenlijk. ‘Blikje heroïne.’ Sinds het genationaliseerde Coca Cola veroordeeld was voor grootscheepse narcoticahandel ter financiering van Iman-Contra-Hate was de vroegere frisdrankgigant de risee van elke middenstander, die nu eindelijk zijn gram kon halen. Alleen, dat was ook alweer dertig jaar geleden. ‘Blikje heroïne.’ Ouwe bak. ‘Meer goesting dan honger, Bertje. Doe me maar een portie mozzarellasticks en zet even een emodouche aan.’ Lina keek al uit naar enkele minuten onbezorgd negentiende-eeuws lentegevoel. Een waterzonnetje. Echte vogels. Groen. Ze verlangde zo naar de natuurlijke gematigde warmte dat ze de koelte bijna op haar tong proefde. Zonder een emodouche kwam ze de dag tegenwoordig niet door. ‘Zeker wel, meissie, achterin is er nog een cabine vrij. Kijk vooral niet in die met het paarse gordijn, haha, dan komen die sticks weer je mond uit.’ Yep, InfoStad was echt hopeloos. Lina zuchtte diep. Die naam alleen al. Hoe kon je op een saaiere plek leven dan in een stoffig ambtenarennest genaamd InfoStad. Elke man leek wel een eunuch. Een geile eunuch, dat wel. Maar toch : een eunuch. Hoe onnozel de interstellaire berichten bij KosmOnthaal soms ook waren - opnieuw stak bij Lina het vermoeden de kop op dat Sjonny puberale wezens doorheen het hele universum inseinde om haar op te roepen en zweterige vragen te stellen - ze hoefde er de koppen tenminste niet bij te zien. Godzijdank was de visuele component van de oproepen afgeschaft nadat de Moefatstammen Terra hadden ontdekt en onophoudelijk hadden ingebeld. De rituele paringsdans die ze bij elke vraag opvoerden had voor een hausse aan hartaanvallen gezorgd. Niet minder dan een unicum aangezien er de laatste decennia over heel Terra nauwelijk een tiental mensen per jaar aan hartfalen overleden. Helaas had Sjonny toen nog niet voor KosmOnthaal gewerkt, dacht Lina. Hoe jammer! ‘Zo, hier is je bakkie mozzarellasticks, schoonheid. Ik ga nog even de emodouche opblinken. Klant is koningin! Hou jij even de zaak in de gaten? Mijn vertrouwen in jou is oneindig, poppetje.’ De sticks flikkerden geruststellend felgeel. Het water liep Lina in de mond. Gulzig stak ze haar hand uit. Bertje schuifelde uit het zicht. Ze hoorde nog net hoe hij in de gang een zacht wijsje floot om de baders te waarschuwen. Een luid gekir en een diepe grom stegen op uit de donkerte. Fijn. Toch twee mensen die aan hun trekken kwamen. Lina's mondhoeken zakten langzaam. Waarom was zij nog niemand tegengekomen om een duocabine mee te delen? Toen de winkelbel rinkelde, schrok Lina plots op. Oh neen … Het kon niet waar zijn! ‘Linaatje, ik dacht zo, ik kom even iets mee prikken. Waarom één chatbot inzetten als je er twee hebt. Of drie, haha. Of vier, hahaha. Stelsels X5, X6 en X7 zijn volledig vernietigd, las ik net nog op de ratelrol. Dus het aantal oproepen ligt wel even wat lager het komende half uur. Lekker doodstil.’ Gatver die Sjonny was een echte creep. Lina kreeg koude rillingen. Het was de eerste keer dat hij het waagde haar buiten CosmOnthaal te volgen. Op dat incident langs de zweefparking na, natuurlijk. Had ze daar maar melding van gemaakt. ‘He, Sjonny, ik geloof dat mijn emodouche net klaar is. Ik heb Bertje een rouwmodule laten instellen voor mijn betovergrootmoeder die gisteren overleed.’ De brede glimlach verstierf op Johnny’s pokdalige gezicht. Dat werd weer niets vanavond. Maar hij moest en zou Lina hebben voor de dienst Kwaliteitsmonitoring (‘Alle onze gesprekken worden opgenomen om u een nog betere dienstverlening te kunnen garanderen.’) haar de laan uitstuurde. Nuja, hij moest toegeven, het was ook wel wat zijn eigen schuld. Misschien moest hij toch maar eens wat minder prank calls orchestreren. Die arme Lina was er zich totaal niet van bewust dat ze op Cygnus8bis een rabiate fanclub had. Ze werden daar helemaal hitsig van de visufiles die hij hen had doorgestuurd. Die protozoïden vonden het zowel hilarisch als opwindend om een AARDVROUW te bellen en niet bestaande rassen te imiteren. Sjonny kon nog altijd niet geloven dat Lina niet door had dat de creatuurupdates die hij haar bezorgde zo fake als de pest waren. Gaf hij haar een dossier door over zogenaamde WarMatigen of over, haha, Helvaten, viel het haar niet op dat net die circusnummers haar de volgende dag belden. Tja, leuk was ze wel. Slim iets minder. Hij begreep waarom Werk haar niet moest en zij Werk niet moest. Incompatibel. Zou dat nou waar zijn van die rouwmodule? Een geelzwart gestreepte bol schoof opnieuw in beeld. Bertje zwoegde zich een weg naar de toog. Het zweet parelde op zijn voorhoofd. Hij waaide zichzelf opzichtig koelte toe met de doek waarmee hij net de cabine had gepoetst. De groene druppels spatten in het rond. Drama vóór hygiëne. Misschien moest ze volgende week toch maar eens een andere eettent opzoeken, dacht Lina. Ze had gehoord dat er sinds kort wat verderop een baadtempel was die ook aurale snacks verkocht. Een etablissement speciaal voor vrouwen. Hm, peinsde Lina, het zou de eerste keer zijn dat InfoStad iets echt nuttigs vergund had. ‘Ja, Sjonny, ik zie je straks dan wel in de centrale. Even tien minuutjes rouwen. De dag is al zo druk, om nog maar van dat avondwerk te zwijgen. Nooit heeft een mens eens de tijd om aandacht aan zijn emoties te besteden. Er is nog een mozzarellastick over. Tast gerust toe.’ Nog voor Sjonny kon antwoorden, zette Lina er flink de pas in. Vijf grote stappen en ze verdween de hoek om, de gang in. Discreet floot ze het bekende wijsje. ‘Gnork gnork,’ klonk het vanuit de cabineruimte. Het zou toch niet?
0 Opmerkingen
|
AuteurFinn Audenaert ArchievenCategorieën |